Het gehalte kooldioxide in de atmosfeer blijft elke maand stijgen. De gevolgen zijn bekend: wereldwijde opwarming van de aarde en een groeiende bezorgdheid over klimaatverandering. Lang verhaal kort: er is te veel koolstof en het zit op de verkeerde plekken. Terwijl menselijke activiteiten, waaronder de productie van goederen, steeds meer koolstofdioxide genereren, heeft de natuur moeite om dit bij te houden. Dit zorgt voor een overschot aan koolstof dat blijft groeien.
Bij Interface hebben we geleerd dat CO2 niet de vijand hoeft te zijn, maar dat we er ook een kans in kunnen zien. Geïnspireerd op de natuur zijn we CO2 gaan gebruiken als bouwstof in productontwikkeling. Zo doen we iets terug voor de planeet in plaats van nog meer schade aan te richten. Om dit te kunnen doen was innovatie nodig die verder gaat dan CO2-neutrale productontwikkeling. We zijn CO2-negatieve producten gaan ontwikkelen door er koolstof in op te slaan. Ook gingen we aan de slag met de verbetering van onze productieprocessen en de investering in compensatie. Zo verkleinen we de CO2-voetafdruk van onze producten in elke fase van hun levenscyclus, ook ná de installatie.
Deze switch in hoe wij ons verhouden tot koolstof vond niet van de ene op de andere dag plaats. In deze blog lees je meer over hoe we onze CO2-negatieve mijlpaal hebben bereikt. En hoe we hebben geleerd om van CO2 te gaan houden.
Investeren in Carbontech-innovatie
Al bijna 30 jaar richt Interface zich op het verminderen van de CO2-voetafdruk van haar producten. Een belangrijke stap in ons streven om in 2040 een CO2-negatieve onderneming te zijn, en daarnaast onze klanten te helpen hun eigen duurzaamheidsdoelstellingen te realiseren. We zijn steeds meer gerecyclede materialen gaan gebruiken en hebben onze productieprocessen aangepast. Uiteindelijk zijn we gaan onderzoeken hoe we CO2 uit de atmosfeer kunnen halen, op welke plekken CO2 het meeste bijdraagt aan de opwarming van de aarde en hoe we producten kunnen maken die in staat zijn CO2 op te slaan.
Als onderdeel van ons Carbon Neutral FloorsTM-programma zijn de producten die wij verkopen, waaronder tapijttegels en nora® rubber, door een derde partij geverifieerd CO2-neutraal gedurende hun volledige productlevenscyclus. In 2021 zijn we voorbijgegaan aan CO2-neutraal, en hebben we de eerste CO2-negatieve tapijttegel gelanceerd.
Deze producten slaan meer CO2 op dan er vrijkomt tijdens hun productie: vanaf de winning van de grondstofstoffen, via het productieproces, tot het eindproduct de fabriek verlaat. Dit staat bekend als ‘cradle-to-gate’ (wieg-tot-poort).
Schrijver en klimaatauteur Jon Gertner bracht een bezoek aan Interface om meer te weten te komen over onze carbontech-innovatie en om onze productieprocessen uit de eerste hand te zien. Hij besprak zijn ervaring in een artikel in The New York Times Magazine, waarin hij vertelde dat volgens sommige schattingen laten zien dat bijna 40% van de wereldwijde CO2-uitstoot afkomstig is van gebouwen en de bouw.
In 2020 introduceerde Interface de eerste CO2-negatieve tapijttegel, gemeten van wieg tot poort, als onderdeel van de Embodied Beauty™-collectie.
CO2-arme aankopen
Onderzoek van de Dutch Green Building Council (DGBC) is de belangrijkste norm geworden voor de manier waarop gebouwen geld besparen, de efficiëntie verbeteren, de CO2-uitstoot verlagen en gezonde plekken voor mensen creëren. Door de invloed van de DGBC heeft de bouwsector enorme vooruitgang geboekt bij het verbeteren van zowel de operationele emissies (die het gevolg zijn van het algemene gebruik van het gebouw, zoals die van elektrische systemen) als de belichaamde CO2-emissies (die het gevolg zijn van de volledige levenscyclus van de bouwmaterialen van een gebouw).
In de afgelopen jaren hebben veel ontwerpers besloten verder te gaan om de toekomst van duurzame gebouwen te ondersteunen, vooral door de aankoop van CO2-arme producten met een laagste impact op het milieu. Door milieuvriendelijke leveranciers te kiezen kunnen bedrijven echte vooruitgang boeken bij het verminderen van de uitstoot die met hun gebouwde ruimtes gepaard gaat. In feite kunnen vloeren één van de grootste bijdragen leveren aan de totale CO2-voetafdruk van het interieur van een gebouw. Door producten met een lage CO2-uitstoot te kiezen, kunnen architecten en ontwerpers de milieu-impact van hun project aanzienlijk verminderen.
Als een ontwerper bijvoorbeeld voor een project waarvoor 135.000 vierkante meter tapijt nodig is, de CO2-negatieve tapijttegel van Interface kiest, wordt er 3.3792 kg CO2 in het tapijt opgeslagen en uit de atmosfeer verwijderd. Dit is gelijk aan de uitstoot die ontstaat wanneer een gemiddelde personenauto 84.928 kilometer rijdt. Reken maar uit wat je als ontwerper kunt bereiken als je deze theorie toepast op een heel gebouw.
CO2 heeft altijd deel uitgemaakt van onze omgeving en dat zal ook zo blijven, gezien koolstof het op vijf na meest voorkomende element op aarde is. En hoewel het terugdringen van CO2-uitstoot een belangrijke rol speelt in de strijd tegen klimaatverandering, is het tijd dat we CO2 niet langer zien als een vijand die vernietigd moet worden, maar dat we het gaan zien als wat het eigenlijk is: een bouwsteen voor een beter leven.
Eén reactie op “Hoe Interface CO2 als bouwsteen begon te zien in plaats van als vijand”
heel fraai en heel interessant!